©Lucas van der Wee

Maatschappelijk waardevol ontwerpen met plantjes

Klimaatverandering, biodiversiteit en stikstof zijn de grote uitdagingen van deze tijd en planten kunnen ons daarbij helpen. Wie maatschappelijk waardevol wil ontwerpen begint dus met de plant: hoe moet ik ontwerpen om deze maatschappelijk waardevolle planten een zo goed mogelijke plek te geven? Rebel reflecteert op hoe maatschappelijk waardevol ontwerpen jou helpt om je opdrachtgevers te overtuigen van jouw ontwerp en om dat ontwerp financieel haalbaar te maken.

Rebel is in 2002 opgericht door 10 slimme, ondernemende, jonge mensen die hun brainpower wilden inzetten om de wereld beter te maken. Inmiddels werken bijna 300 Rebels aan maatschappelijke impact via spraakmakende projecten over de hele wereld. Onder meer in stedelijke ontwikkeling, zorg, onderwijs, infrastructuur en schone energie. Recenter zijn daar natuur en klimaat als aandachtsgebieden bijgekomen. Inmiddels is Rebel een volwassen, succesvolle onderneming, maar nog steeds vooral een vehikel voor zingeving en zelfontplooiing. Volledig in handen van de 300 Rebels die vanuit een financieel-economisch perspectief naar de wereld kijken en elkaar vinden in hun energie en intrinsieke motivatie om daar op een intelligente en ondernemende manier aan bij te dragen.

Rebel adviseert, ontwikkelt en investeert voor een betere wereld.

Aanvankelijk hielpen wij vooral overheden om hun politieke besluitvorming te rationaliseren. Door maatschappelijke problemen goed te analyseren en de impact van voorgestelde oplossingen objectief te beoordelen. Ter onderbouwing van de keuze voor een brug of tunnel (of toch het in de vaart houden van de veerpont), maar ook in de keuze voor aannemer A of B in een aanbestedingsprocedure.

Als je weet waar je op wordt beoordeeld, dan kun je daar bij je ontwerp rekening mee houden. Onze kennis bleek goud waard voor partijen van wie het werk door overheden wordt beoordeeld, zoals ontwikkelaars en architecten. Zij moeten overheden vaak overtuigen om het bestemmingsplan aan te passen of voor hún ontwerp te kiezen. Onze waterdichte argumentaties vanuit maatschappelijk perspectief hielpen daarbij. Knappe wethouder immers, die het overtuigend maatschappelijk meest waardevolle ontwerp afwijst en kiest voor een voor de samenleving minder waardevol ontwerp.

Maatschappelijk waardevol ontwerpen met plantjes
©Lucas van der Wee

Een winnend ontwerp start met de analyse van maatschappelijke opgaven.

En zo zijn we steeds vroeger in het ontwerpproces betrokken geraakt, want een winnend ontwerpproces start met een goede analyse van maatschappelijke opgaven. Die maatschappelijke opgaven gaan verder en omvatten meer dan esthetiek, duurzaam materiaalgebruik en mobiliteit. De betekenis die architectuur kan hebben voor het oplossen van maatschappelijke vraagstukken is groter dan veel architecten zich kunnen voorstellen.

In opdracht van de Branchevereniging Nederlandse Architecten (BNA) werkten wij het afgelopen jaar aan de BNA Value Assessment. Een instrument dat is bedoeld om de maatschappelijke waarde van een ontwerp in kaart te brengen en te onderbouwen. ‘Van beweren, naar bewijzen’, noemt de BNA dat. Daarbij kijken we naar de Economische, Ecologische en Sociale waarde. Groen speelt in elk van die waardecategorieën een rol.

De methodologische basis van de BNA Value Assessment wordt gevormd door de Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA). Ooit ontwikkeld om verschillende beleidsalternatieven met elkaar te vergelijken en zo een objectieve, inhoudelijke basis te leggen onder politieke besluitvorming. In zijn meest minimalistische vorm vergelijkt de MKBA het maatschappelijke effect van een beleidsinterventie (projectalternatief ) met de situatie waarin die interventie niet wordt gedaan (referentie-alternatief ). Als de extra maatschappelijke baten van het projectalternatief de extra maatschappelijke kosten overstijgen, dan is het vanuit maatschappelijk oogpunt verstandig om het project te realiseren, zo luidt de theorie.

Helaas voor de samenleving worden niet alle maatschappelijk waardevolle projecten gerealiseerd. Dat komt doordat ook maatschappelijk waardevolle projecten soms niet financieel haalbaar zijn. Over dat vraagstuk mochten wij ons in het kader van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) als eens buigen: Hoe maken we maatschappelijk waardevolle projecten financieel haalbaar? Het antwoord op die vraag bleek simpel, namelijk (1) bedenk een oplossing
die zoveel mogelijk maatschappelijke waarde creëert en (2) vertaal die waarde in een financiële opbrengst. Precies die gedachte vormt de basis voor onze‘Ladder van Bekostiging’. Laat partijen die baat hebben bij het project ook meebetalen aan het project.

Dat groen ook geld kan opleveren wisten we al: van bomen kun je papier maken en een huis aan het park brengt substantieel meer op dan hetzelfde huis drie straten daarachter. Laat de papierfabriek en de huiseigenaar dus meebetalen aan de aanleg van het park.

Verschillende soorten kosten en baten

Voor het financieel haalbaar maken van maatschappelijk waardevolle projecten is het goed om onderscheid te maken tussen:

1. Directe financiële kosten en baten. Dat zijn de directe geldstromen die samenhangen met het project. Als we een park realiseren waarvoor een toegangsprijs verschuldigd is, dan hebben we naast de investering groen (directe financiële kosten), ook opbrengsten uit de toegangskaartjes (directe financiële baten).

2. Indirecte financiële kosten en baten. Financiële kosten en baten die niet bij de partij terechtkomen die de investering doet, maar bij anderen. Bijvoorbeeld de toename van de omzet bij de lunchroom tegenover het nieuwe park.

3. Monetariseerbare niet-financiële kosten en baten. Kosten en baten die niet tot een geldstroom leiden, maar waarvan de waarde wel in euro’s kan worden uitgedrukt. De opname van CO2 door de beplanting in het park is een monetariseerbare, niet-financiële baat. We kunnen als benadering daarvoor de kosten van het op een andere manier compenseren van eenzelfde hoeveelheid CO2 hanteren.

4. Niet-monetariseerbare niet-financiële kosten en baten. Dat zijn kosten en baten die niet (goed) uit te drukken zijn in euro’s, maar wel heel belangrijk zijn. De toename van het geluk van wandelaars in het nieuwe park, bijvoorbeeld.

Onze ‘Ladder van bekostiging’ gaat ervan uit dat je jouw project eerst zoveel mogelijk probeert te bekostigen met directe opbrengsten (1) en daarna achtereenvolgens via indirecte opbrengsten (2), monetariseerbare niet financiële baten (3) en niet-monetariseerbare niet-financiële baten (4). Voor de categorieën 3 en 4 staan vaker sponsors, charitatieve instellingen en overheden aan de lat. Voor 1 en 2 kun je ook bij particulieren en bedrijven aankloppen.

WWW.REBELGROUP.COM

Meer weten?

Lees het volledige artikel in de CG Annual 2023.


Tekst: Gert-Jan Fernhout, Rebel